Gemeentelijke herindeling (N 1,2 miljoen euro) Ter dekking van de herindelingskosten stelt het rijk via het Gemeentefonds in de periode 2017-2022 middelen ter beschikking. Vanwege de korte doorlooptijd lopen deze te ontvangen rijksbijdragen niet gelijk op met de te maken kosten. Tot en met 2020 is 1,2 miljoen euro meer uitgegeven dan van het rijk is ontvangen. Deze overschrijding wordt gedekt door de nog te ontvangen rijksbijdragen in 2021 en 2022. Bezuinigingen begroting 2020 (N 4,2 miljoen euro) Het nadelig resultaat op de hervormingen bedraagt 4,2 miljoen euro. Een aantal van deze maatregelen vragen meer tijd om door te voeren. Het nadeel betreft de volgende maatregelen: - Maatregel 48: afwegen samenwerkingen, deelname regelingen en akkoorden ad 100 duizend euro;
- Maatregel 51: subsidies ad 1 miljoen euro;
- Maatregel 56: leniger en flexibeler begroten ad 5 miljoen euro; hier staan voordelen tegenover bij het gemeentefonds (onderuitputting BTW-compensatiefonds) en de OZB. In de begroting 2021 zijn deze voordelen structureel voor deze maatregel ingezet. Daarmee resteert nog een in te vullen taakstelling van 2,4 miljoen euro;
- Maatregel 50 doorberekenen werken voor de regio ad 200 duizend euro; in de begroting 2021 is deze hervorming via een opgave gedekt.
In de begroting is voor dit jaar een frictiebudget bezuinigingen beschikbaar gesteld van 2,081 miljoen euro. Dit kan vrijvallen ter dekking van bovengenoemde nadelen. Inleenkrachten (N 431 duizend euro) De bezuiniging op de organisatie vullen wij voor een deel in door een aanbestedingsvoordeel op inleenkrachten van Randstad. Dit voordeel is op een minder grote omvang van toepassing dan aanvankelijk verondersteld. Het nadeel is 431 duizend euro. Vanwege dit structurele nadeel is de taakstelling per 2021 via de opgaven verlaagd van 800 naar 300 duizend euro. Restwaarde maatschappelijke vastgoed (N 109 duizend) De taakstelling invoering restwaarde maatschappelijk vastgoed bedroeg 1,2 miljoen euro. Uit de eerste berekeningen bleek dat deze taakstelling gerealiseerd kon worden. Uit een recentere doorrekening voor de komende jaren blijkt op deze post een tekort van 109 duizend euro die niet gerealiseerd kan worden als gevolg van de vernieuwde restwaardebepaling. Per 2021 is deze taakstelling structureel gedekt via de opgaven. Vrijval weglekbudget (V 308 duizend euro) In de begroting is structureel budget beschikbaar voor weglekeffecten in verband met bezuinigingen. Ter dekking van de begroting 2020 is incidenteel 1 miljoen euro ingezet. Het restant bedraagt 308 duizend euro en valt dit jaar vrij. Dubbele dekking opgaven/meerjarenbeeld (V 286 duizend euro) In de begroting 2020 zijn 3 taakstellingen zowel via het meerjarenbeeld als de opgaven gedekt. Het gaat in totaal om 286 duizend euro: bezuinigingen Haren 114 duizend euro structureel, Kindcentrum ten Boer 72 duizend euro structureel en Groninger Archieven 100 duizend euro incidenteel. De structurele effecten zijn verwerkt in het meerjarenbeeld begroting 2021. BTW-compensatiefonds (N 1,1 miljoen euro) We hebben in 2020 ruim 1 miljoen euro minder BTW voor de riolering verrekend dan geraamd. Dit nadeel wordt vooral verklaard doordat een aantal investeringsprojecten voor een totaalbedrag van afgerond 7 miljoen euro nog in uitvoering zijn of pas in 2021 worden uitgevoerd. De betaling van de betreffende facturen en daarmee de verrekening van de BTW zal dan ook pas in 2021 plaatsvinden. Dan wordt dit nadeel weer gecompenseerd. Specifieke uitkering Sport (SPUK) (V 206 duizend euro) De overhead valt via een mengpercentage voor een deel te verrekenen met het BTW-compensatiefonds. Door de regeling SPUK (specifieke uitkering) Sport valt het deel dat van de overhead toe te rekenen is aan de sport buiten de BTW-compensatiefonds. Dit nadeel op de lasten wordt door deze uitkering gecompenseerd. Areaaluitbreiding (V 209 duizend euro) Er is in 2020 geen claim gelegd op het budget voor areaaluitbreiding maatschappelijk domein. Er is daarom een voordeel van 209 duizend euro. Dotatie voorziening wachtgeld (V 340 duizend euro) In de begroting is rekening gehouden met een dotatie aan de voorziening wachtgeld van 300 duizend euro. De werkelijke dotatie in 2020 bedraagt echter 11 duizend euro. Dit voordeel wordt deels veroorzaakt doordat het niet meer nodig is om een voorziening te treffen voor een oud-wethouder omdat deze een andere functie heeft aanvaard. Daarnaast was voor een aantal oud-wethouders het beroep op de voorziening lager. Per saldo kan hiermee een bedrag van 51 duizend euro vrijvallen. Dotatie voorziening pensioenen wethouders (N 1,1 miljoen euro) Bij de jaarrekening 2019 is vastgesteld dat de hoogte van de voorziening te laag was in verband met gebruik verouderde sterftetabel en onjuist rentepercentage. Deze afwijking van in totaal 853 duizend euro is in 2020 aan de voorziening toegevoegd. De rente is wederom verder gedaald en daarom is nog eens 253 duizend euro toegevoegd om de hoogte van de voorziening op peil te brengen. Overig (V 167 duizend euro) Diverse overige verschillen tellen op tot een voordeel van 167 duizend euro. |